Selecteer een pagina

‘Maar meneer, je moet als leidinggevende toch gewoon soms een lul zijn?’ De studenten hebben net een oefening gedaan over weerstand en we bespreken deze na. De student die dit vraagt, kijkt me met een open blik aan. ‘Definieer lul’, zeg ik ad rem. ‘Nou dat je gewoon hard moet zijn’, zegt ie en ik zie dat hij zelf schrikt van wat hij zegt. En dan glimlacht hij. We hebben dus dezelfde associatie. Er wordt gelukkig in de hele klas gegrinnikt, want dit gesprek voelt als op het randje.
Ik ben logisticus van opleiding en werkte ruim 25 jaar in de logistiek. En ben zeer recent op mijn vijftigste zij-ingestroomd naar het onderwijs, bij de opleiding Logistics Management aan de Hogeschool Utrecht. Een wondere wereld, kan ik u zeggen. Daar ga ik nog veel plezier beleven. Vandaag ging ik de jongelui eens wat vertellen over het thema weerstand. Dit speciale thema koos ik omdat de studenten in hun startformulier voor de lessen Veranderkunde (ja, ja, ook logistiekelingen willen veranderen) aangaven te willen leren hoe je mensen meekrijgt, hoe je weerstand overwint. Ik vond dat er te weinig over in het boek stond, dus heb voor vandaag nog wat bij elkaar gescharreld. Vooral podcasts hielpen me goed op weg bij mijn voorbereiding. Tjipcast is leuk, een echte aanrader. Tjip de Jong interviewt allerlei mensen waarbij de nadruk ligt op de onderwijswereld, maar hij sprak bijvoorbeeld ook Hans Vermaak over veranderen. Hans Vermaak en anderen werkten samen met Léon de Caluwé aan de kleurentheorie. Google daar maar eens op, de kleurentheorie is een heel handige en goed beklijvende verander-metatheorie. Maar ik dwaal af. Dat is meteen het mooie van lesgeven: soms denk ik dat ik zelf degene ben die hier het meeste leert.

Vandaag staan de studenten al voor het klaslokaal te wachten. Wat zeg ik? Te popelen. Om weer naar mij te mogen luisteren, zich te laven aan mijn kennis, mijn briljante praktijkvoorbeelden en – sorry, maar het moet gezegd – mijn leuke grapjes. Ik heb als beginnend docent al snel geleerd dat het belangrijk is dat studenten actief met de lesstof aan de gang gaan, dus ik doe steeds meer oefeningen om de stof te verinnerlijken. Ik maak echter nog steeds te mooie sheets (jemig, wat kost dat een tijd) en werk voor de klas nog te veel te hard zèlf (schijnt een valkuil te zijn van iedere beginnende docent). De oefening luidt deze keer: ‘maak duo’s, één van de twee neemt een voorval in gedachten waarin je heel veel weerstand hebt gevoeld. Dat mag uit een privésituatie zijn, op school of bij je bijbaan of stage. Het maakt niet uit waar. De ander gaat je hier vragen over stellen en noteert de antwoorden. ’ Ik voeg nog toe dat we na afloop één voorbeeld per duo plenair gaan bespreken, zodat ze dit vooraf al weten en al te persoonlijke voorvallen voor zichzelf kunnen houden.

De nabespreking is leuk. Naast de vraag over de leidinggevende die ik aan het begin al noemde, wordt er veel persoonlijke informatie gegeven en vertellen ze over verschillende gebeurtenissen. Maar vooral ook wat ze precies voelden, dachten, deden en wat de gevolgen waren. Leerzaam. Ook voor mij. Deze leerlingen zijn derdejaars en tussen de 19 en 24 jaar, schat ik, en ik ben verrast hoe serieus ze oefeningen doen en hoe goed ze kunnen praten.

O ja, ik zou het bijna vergeten. Ik wil u nog wat meegeven over het thema weerstand. Over de kern van de les. De opvatting heerst dat weerstand betekent dat mensen niet willen veranderen. Vooral bij managers en veranderaars die de verandering in gang zetten. Die zeggen dan vaak dat er weerstand is, dat ‘ze’ niet willen veranderen. Dat is een misvatting. Weerstand is namelijk veel vaker iets heel anders dan niet willen. Het is bijvoorbeeld angst. Angst voor het onbekende, angst om verworven rechten te verliezen. Weerstand is tevens een uiting van betrokkenheid, anders had iemand wel desinteresse getoond. Verandermanager Frank van der Meché, bij groothandel Technische Unie (mijn vorige werkgever), was een paar weken geleden bij ons gastspreker over Veranderkunde in de praktijk. Hij zei: ‘Ik vind weerstand geen prettig woord, ik noem het informatie. Het is informatie over wat er leeft en daarmee een signaal dat je in je verandertraject iets moet aanpassen.’ Dat vind ik een mooie visie. Of, zoals mijn collega Bob van Weert van de opleiding HRM het in zijn sheets zegt: ‘Weerstand is energie, en de truc is deze de juiste kant op te laten stromen.’ Over stromen gesproken: u merkt het al. Ik heb absoluut geen spijt van het zij-instromen. Wel nog een hoop te leren.

Meester Bart wenst u een fijne dag.